Deze ziekte wordt meestal waargenomen tijdens de strekkingsfase. Op het blad ontstaat eerst een lichtgroene vlek, waarbinnen zich snel sporenhoopjes met gele tot oranje sporen ontwikkelen. De ziekte breidt zich tussen de bladnerven in de lengterichting uit, waardoor karakteristieke rijen met sporenhoopjes ontstaan, zoals in figuur 1 te zien is. De ziekte komt vooral op de bladeren voor, maar ook stengels en aren worden bij een zware ziektedruk aangetast. Na infectie ontwikkelt de schimmel zich eerst in de aangetaste plant en vervolgens in de directe omgeving, waardoor in het veld haarden van Gele roest ontstaan. De verspreiding van sporen, over kleine en grote afstanden, gebeurt voornamelijk door de wind.
Figuur 1 Gele roest (AHDB, 2016)
De ziekte ontwikkelt zich vooral bij matige temperaturen (10 tot 20°C). Hoge temperaturen (meer dan 30°C) worden slecht verdragen. Aangetaste bladeren verliezen hun fotosynthetische activiteit en sterven vervroegd af, zodat er grote opbengstverliezen kunnen optreden.
Nederland
Select country